Bel ons: +31 (0)43 - 323 34 54

De weg van het appartementsrecht

  • By:Web_Admin

Een appartementseigenaar is van rechtswege – zonder dat daarin een keuze valt te maken – lid van de vereniging van eigenaars van de in appartementsrechten gesplitste onroerende zaak. Dat maakt ook dat op iedere appartementseigenaar de regels van toepassing zijn die gelden binnen het appartementsrecht – opnieuw zonder dat daarin een keuze valt te maken.

Op basis van die regels hebben de appartementseigenaars, verenigd in de VvE en op individueel niveau, specifieke rechten en plichten tegenover elkaar en jegens derden.

Die specifieke rechten en plichten vloeien voort uit titel 9 van boek 5 van het Burgerlijk Wetboek (“BW”). Een greep uit die regels leert dat appartementseigenaars zijn gebonden aan onder meer de akte van splitsing en dat appartementseigenaars zich jegens elkaar dienen te gedragen in lijn met de eisen van de redelijkheid en billijkheid.

Indien er in strijd met de regels van titel 9 van boek 5 BW wordt gehandeld, dan wordt in diezelfde titel geregeld wat daarvan de consequenties (kunnen) zijn en hoe appartementseigenaars hiertegen kunnen opkomen. Onder meer is het mogelijk een genomen besluit voor te leggen aan de kantonrechter en/of een vervangende machtiging aan de kantonrechter te vragen. Dit is in eerdere blogs al aan de orde gekomen.

De mogelijkheden die voor een appartementseigenaar voortvloeien uit titel 9 boek 5 BW zijn geen vrijblijvende mogelijkheden, zo blijkt ook uit het vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 21 februari 2024 (ECLI:NL:RBZWB:2024:1171).

In de kwestie waarover de rechtbank moest oordelen had een appartementseigenaar een vordering ingesteld jegens de VvE. Uit het door de VvE gevoerde verweer volgt dat de appartementseigenaar hetgeen hij in de procedure bij de rechtbank vordert nimmer tijdens een algemene ledenvergadering van de VvE aan de kaak heeft gesteld.

Dat maakt – kort en goed – dat de rechtbank oordeelt dat de vordering van de appartementseigenaar niet kan worden toegewezen. De rechtbank licht dit toe met een verwijzing naar de specifieke regels van titel 9 van boek 5 BW. Nu de appartementseigenaar geen acht heeft geslagen op deze specifieke regels en – kortweg – de algemene ledenvergadering van de VvE heeft gepasseerd door geen besluitvorming van de vergadering te verlangen, had de appartementseigenaar geen opeisbare vordering op de VvE.

Dat betekent dat de appartementseigenaar bot vangt bij de rechtbank.

Welke lering moet hieruit getrokken worden?

De rechtbank is in deze uitspraak heel duidelijk: indien een appartementseigenaar (bewust) het appartementsrecht omzeilt en daardoor niet de mogelijkheden benut die hem geboden worden door titel 9 van boek 5 BW, dan kan een appartementseigenaar dit bekopen met een afwijzing van zijn vordering.

Men dient zich dus te realiseren dat de weg van het appartementsrecht geen alternatieve route is die men kan bewandelen wanneer het hem uitkomt. De weg van het appartementsrecht verdient voorrang.

Wenst u meer uitleg over de specifieke regels binnen het appartementsrecht? Laat u dan juridisch adviseren over de mogelijkheden die u heeft.

Manuela Delnoy-Garske en Jesse Simonis adviseren en procederen voor onder meer (besturen van) VvE’s en individuele appartementseigenaars. Bij vragen en/of opmerkingen kunt u vrijblijvend contact met hen opnemen via delnoy@varecht.nl en/of simonis@varecht.nl. U kunt ook telefonisch contact opnemen via 043-3233454.

Posted in: Geen categorie, Vastgoed